Voor de tweede keer dit jaar is het verkiezingsdag. Wie vandaag nog stemadvies nodig heeft voor de gemeenteraadsverkiezingen, kan De Vermoeide Vorst van Kim Duchateau en Noël Slangen beter links laten liggen. In deze indrukwekkende satire komt de volledige Belgische politieke wereld tot leven in een middeleeuwse setting vol intriges. In het voorjaar was de strip al te lezen in De Morgen en HUMO, en nu verschijnt het stripdebuut van Noël Slangen ook in boekvorm.
Sedert Pest in het paleis van Jan Bosschaert en Guido Van Meir in 1983 zijn er geen strips meer geweest over de Belgische politiek. Wat bracht jullie tot deze strip?
Dat is inderdaad meer dan veertig jaar geleden, maar zowel Kim als ikzelf waren fan van dat album. Het is dankzij Pest in het paleis dat we op het idee gekomen zijn. Ik wist dat Jan Bosschaert zelf geen plannen had om nog zo’n album te maken, en daarom sloegen Kim en ik de handen in mekaar. Het is een hele onderneming geweest om vervolgens het verhaal tot leven te brengen. Zo’n strip zonder voorpublicatie uitbrengen is onbegonnen werk als je, zoals Kim, beroepsmatig tekenaar bent. Wij waren ontzettend blij toen HUMO en De Morgen de handen in mekaar sloegen om het verhaal te publiceren, vooral omdat HUMO ook de plek was waar ‘Pest in het Paleis’ destijds verscheen. Maar we kregen pas heel laat een ‘go’, waardoor Kim als een razende heeft moeten tekenen. Het voordeel was dat we daardoor wel nog wat actualiteit konden verwerken.
Bart De Wever vroeg zich af of ik kinds geworden was.
In het begin lijkt vooral de N-VA ervan langs te krijgen, maar uiteindelijk passeert werkelijk iedereen de revue. Was het moeilijk om voor iedereen een gepaste rol te vinden in het verhaal?
Wie alleen de eerste pagina's leest, kan inderdaad denken dat we begonnen waren aan een rondje ‘spotten met de partij van De Wever’, maar dat blijkt inderdaad niet het geval. Er is geen enkel partij die gespaard blijft. Het verhaal start in het graafschap Flandria, waar de N-VA nu eenmaal de plak zwaait, maar al snel komt King Connah (Conner Rousseau) in beeld, en daar konden we echt wel wat mee doen. Bart De Wever had al laten weten dat hij ‘geen fan’ was, waaruit blijkt dat de humor die erin zit blijkbaar soms flarden waarheid bevat. Het meest hilarisch om mee te werken waren toch Ben Weyts als de nar en Conner Rousseau. Voor die twee moesten we niets verzinnen. Hen gewoon laten doen wat ze ook werkelijk hebben uitgehaald was in deze context al grappig genoeg, zoals King Connah die dronken in de luchter van de bierkelder hangt of Weyts zonder broek. Het moeilijkst was Groen. Ik moet eerlijk zeggen dat ik hen bijna vergeten was. Uiteindelijk spelen er vier politici van Groen mee, al duikt het duovoorzitterschap maar in één plaatje op. Maar als je per se in duo voorzitter wil zijn, roep je dat natuurlijk wel over jezelf af (lacht).
Als je zou twijfelen over wie er afgebeeld staat zit er achteraan het boek de lijst met namen van iedereen die aan bod komt. Kregen jullie veel reacties van de politici die aan de beurt komen?
Heel weinig. Ik krijg meer reactie op mijn columns dan op deze strip, behalve dan van Bart De Wever die zich in De Morgen afvroeg of ik misschien kinds geworden was, om als politiek analist een strip te maken. Schitterende reclame voor de strip, vonden we dat! In de strip duiken maar liefst zevenentachtig politici en BV’s op. Kim heeft er zijn handen vol mee gehad.
Hou verliep de wisselwerking met Kim Duchateau bij het maken van de strip?
Oorspronkelijk verliep dat vrij klassiek. Ik bezorgde via mail mijn scenario. Kim is een nachtwerker en ging 's nachts aan de slag. 's Ochtends vond ik dan zijn prachtige potloodtekeningen in mijn mailbox. Ik had vooraf een plot uitgeschreven, maar wij wisten niet dat HUMO en De Morgen de strip per volle pagina zouden publiceren. Het scenario was daarom gebaseerd op vier stroken per pagina, of twee per dag. Het gevolg is dat je behoorlijk veel plaatjes op een pagina hebt, wat vandaag bij veel strips minder het geval is. Daardoor had ik een paar gaten in het scenario. Kim had al geklaagd dat er op de eerste pagina’s wel zeer veel dialoog zat en hij graag wat actie wilde. Ik vroeg hem wat hij graag wilde tekenen, waarop hij antwoordde ‘iets met een katapult’. Dus heb ik een katapult verwerkt, wat leidde tot een van de meest hilarische scènes, met in de hoofdrol de Belangese Barbaren. Verderop hetzelfde verhaal, en opperde Kim dat hij wel iets met een stormram zou willen doen. Et voilà, het Rode Leger van Heer Hedenhouw komt aanzetten met een stormram, maar wel met het hoofd van Stalin. Een stalinram!
De stijl van het boek is in klassieke Nero-stijl, compleet met één steunkleur en raster inkleuring, door Bart Schoofs. Zat er een politieke reden dat de steunkleur oranje geworden is?
Nee, want we gebruiken ook donkerblauw als tweede kleur, en dat heeft ook geen politieke reden. We wilden een inkleuring die duidelijk maakt dat dit geen klassieke strip is. We wilden ons onderscheiden van Suske en Wiske of de strips van Dupuis en Lombard. Kim stelde voor om Bart Schoofs te vragen. Bart maakte een aantal proeven en kwam met het idee om twee steunkleuren te gebruiken en een grove korrel in de rasters. Dat geeft de strip een heel eigen karakter, en dat hebben we ook doorgetrokken in de cover van het album. Zonder het inkleurwerk van Bart was het onmogelijk geweest om de strip op tijd af te krijgen. Hij is echt de derde auteur.
Over Nero gesproken, vorige week kwam het nieuws dat vanaf volgend jaar de rechten van Nero vrijgegeven worden, waardoor vanaf 2025 iedereen Nero strips kan maken. Jij bent voorzitter van de Stichting Marc Sleen. Wat hoop je dat dit teweeg zal brengen?
Ik hoop dat daardoor in Vlaanderen een stevig blik creativiteit wordt opengetrokken! De creaties van Marc Sleen zijn uniek en vormen een indrukwekkend tijdsdocument. Intussen is Nero ook erfgoed geworden: de albums worden herlezen door wie ze al kent, maar nieuwe lezers hebben niet meer de gewoonte om dingen te lezen die niet nieuw zijn. Dat ervaren alle striptekenaars in Vlaanderen met een ruime backcatalogus. Als Stichting vinden we het belangrijk dat er nog leuke dingen met de figuren uit Nero en andere reeksen van Marc gebeuren, nu veel mensen zijn oeuvre nog kennen. Het leek ons effenaf absurd om tot 2086 te wachten, alvorens zoiets mogelijk zou zijn, want dan zouden de rechten automatisch aan het publieke domein toekomen. We krijgen nu al veel reacties van organisaties en mensen die met dit soort rechtenkwesties bezig zijn, want zij vinden dit een fantastische primeur. Veel te veel prachtig werk gaat verloren omdat erfgenamen het achter slot en grendel zetten.
De volgende verkiezingen zijn pas over vijf jaar. Is deze strip voor herhaling vatbaar of blijft het bij dit boek?
Ik heb alvast de smaak te pakken en wil zeker nog eens een strip schrijven. De Vermoeide Vorst zou zich prima lenen tot een gagreeks, met strookjes van drie plaatjes of een halve pagina, maar ik weet niet of Kim nog staat te springen om nog eens een blik politici uit zijn pen te persen (lacht).
De Vermoeide Vorst telt 48 pagina's en werd uitgegeven door Manteau.